Zelf lees ik enorm graag. Ik kan echt uren verdwalen in een
goed boek.
Onze kinderen zijn ook aangestoken door het leesvirus en
verslinden boeken.
Zelfs onze jongste telg leest dolgraag en heel veel, ondanks
het feit dat hij nog niet zo’n hoog leesniveau heeft. Dit houdt hem niet tegen
om al vrij moeilijke boeken te verslinden. Ik hoor echter vaak mama’s klagen
over het feit dat hun kind niet graag leest of nog een laag leesniveau heeft.
Daarom enkele bedenkingen, tips, info om kinderen te
stimuleren om te lezen, in de klas en thuis.
In je klas/school kan
je kiezen voor verschillende vormen van lezen:
1.
Ralfi-lezen:Ralfi
is een leesprogramma voor kinderen die het lezen grotendeels beheersen maar
langdurig te traag blijven lezen. Denk aan minder dan twee AVI-niveaus per
jaar. RALFI is gericht op het verhogen van het leesniveau en vloeiend lezen. Er
wordt gewerkt met teksten die aansluiten bij de leeftijd van de kinderen.
Meer over de
leesmethode vind je via:
http://www.ralfilezen.nl/welkom
2.
Toneellezen: Toneellezen is een leuke vorm van
samen lezen! Twee lezers (of meer!) nemen de rol van een personage op zich en
lezen de teksten hardop voor. De lezers voeren eigenlijk samen een toneelstukje
op, maar dan zonder podium, grootse gebaren of rekwisieten (maar het kan
natuurlijk wel!). De teksten bestaan voornamelijk uit dialogen, zodat de lezers
elkaar steeds afwisselen. Zo bevordert Toneellezen het leesplezier en het lezen
met intonatie.
3.
Hardop lezen: leerlingen regelmatig opdrachten,
tekstjes,… hardop laten lezen in de klas.
4.
Niveaulezen: Niveaulezen is een
didactische
werkvorm om het
leesonderricht
efficiënter te laten verlopen, met name in het
basisonderwijs.
Bij het niveaulezen wordt een klas ingedeeld in verschillende groepjes, naar
gelang hun leesniveau. Elk groepje krijgt dan leesoefening op zijn eigen
niveau, zodat de klas als geheel meer oefening krijgt, en elke leerling vaker
en langer aan de beurt komt om te oefenen. Om het te kunnen organiseren doet de
leerkracht beroep op 'helpers'. Dit kunnen
leesmoeders
zijn, maar ook de meest vaardige medeleerlingen uit de klas. Zij treden dan als
tutor op voor hun zwakkere klasgenootjes. Ook
leerkrachten
in opleiding doen dit vaak als onderdeel van hun
stage. Voor met het
niveaulezen kan worden gestart, moet men het
leesniveau van de
leerlingen bepalen. Hiervoor wordt doorgaans gebruikgemaakt van de
AVI-leestoetsen,
of een andere gestandaardiseerde leesproef, waarmee de
didactische leeftijd van de leerling kan
worden bepaald. Bij niveaulezen dient het leesniveau van de leerlingen geregeld
te worden gecontroleerd. Zo kunnen sommige leerlingen van het ene groepje naar
het andere verhuizen.
5. Tutorlezen: een tutor- begeleidingssysteem is
een systeem waarbij leerlingen elkaar systematisch en op een gestructureerde
manier hulp geven. Enkel de leerlingen van de lagere klassen die een normale leesontwikkeling
hebben, nemen deel aan dit tutorlezen.
Een leerling van een hogere klas helpt een leerling van een lagere klas.
Eenmaal per week komen de leerlingen van het 6de leerjaar en het 5de leerjaar
(=de TUTORS) helpen om de leerlingen van het 3de en 2de leerjaar individueel te
begeleiden bij het lezen. Tijdens een korte introductie werden de tutors
ingelicht over de begeleiding. Ze zijn nu verantwoordelijk gesteld voor hun
leerling. Ze maken zelf de keuzes van de boekjes en materialen die gedurende
die 50 minuten kunnen gebruikt worden. De tutors noteren dan op een blaadje wat
ze in die sessie met de leerling hebben gelezen.
6.
Begrijpend lezen:
Begrijpend lezen is het vermogen geschreven
teksten te begrijpen, te lezen met begrip. Begrijpend lezen is een doelgericht
denkproces, waarbij drie elementen een rol spelen: de lezer, de tekst en het
doel waarmee de lezer de tekst leest. De lezer geeft in interactie met de tekst
betekenis aan de woorden, de zinnen en de tekst als geheel. Dit wordt ook wel
‘construeren van betekenis’ genoemd: de lezer denkt na over wat er staat, wat
de schrijver wil zeggen en over de vraag wat de tekst voor hemzelf betekent.
Dit betekenis gevende proces is de essentie van lezen.
7.
Uitdagende leesopdrachten:
Leestaken moeten wel
gekaderd worden binnen motiverende en uitdagende opdrachten. Lezen om het lezen
of om een reeks detailvragen te beantwoorden is weinig motiverend en zet
leerlingen vaak niet aan tot echte informatieverwerking. Een goede leestaak
moet aan een aantal voorwaarden voldoen: via een leesopdracht moet het lezen
een functioneel doel krijgen; de leesopdracht moet zodoende een echte
informatiebehoefte bij de leerling opwekken; functionele doelen zijn
bijvoorbeeld: iets moeten maken, iets te weten komen, een probleem oplossen of
een beslissing nemende opdracht is zo gekozen dat ze het lezen van de tekst en
verwerken van de informatie hierin onontbeerlijk maken.
8.
Forumlezen:
Eén of meer leerlingen bereiden een tekst voor
(betreffende leestechnische problemen, voordracht en inhoud). Zij gebruiken
daarvoor verschillende bronnen. Zij presenteren hun tekst aan de klas en naar aanleiding
van vragen die door de klas gesteld worden, ontstaat discussie.
9.
Vrij lezen: Zoals het woord zegt vrij de kans
geven om te lezen wat de leerlingen zelf willen. Dit kan door regelmatig naar
de bibliotheek te gaan en hier voldoende leesmaterialen van mee te brengen en
in de klas te laten lezen (of thuis). Maar ook door in de klas een rijke
leesomgeving te creëren die uitnodigt tot lezen. Waarom geen leeshoek of
leesplaats voorzien op je speelplaats of in de ‘overdekte’ hal zodat leerlingen
die graag lezen hier de kans toe krijgen.
|
Bron: pinterest |
Welke werkvorm je kiest is afhankelijk van de leerlingen, hun leeftijd, je eigen ideeën als leerkracht over leesonderwijs en de keuzes die je als team/school maakt.
Interessante tips. Wij hebben onze kinderen elke avond voorgelezen toen ze klein waren en dat vonden ze allebei erg fijn. Toch nu ze ouder zijn is de ene meer geïnteresseerd in een goed boek dan de andere. Je hebt dus niet alles in de hand!
BeantwoordenVerwijderenNee, in de hand heb je het nooit, maar dat is zo met alles... Interesses verschillen bij klein en groot en dat is maar goed ook! Maar lezen mag geen vervelend dwangmoment worden... lezen gaat om plezier leren hebben in lezen en genoeg 'leeszin' opwekken.
BeantwoordenVerwijderen