Wenken voor tucht



Tucht houden in je klas of gezag hebben als leerkracht is niet altijd een vanzelfsprekendheid, want leerlingen vinden heden ten dage gezag niet meer vanzelfsprekend.
Enkele wenken voor tucht:

1.       Geloof dat ‘tucht’ op de eerste plaats ‘in’ jou ligt als lk.

2.       Pas je houding voor de klas aan: straal geloof uit in jezelf , in je eigen houding en aanpak.

3.       Concentreer je al voor de les op je omgang met de klas: nadenken over hoe je het aanpakt, goede lesvoorbereiding (op papier of mentaal), klink zelfzeker.

4.       Wees bij je lesvoorbereiding doordrongen van: “De leerlingen tot werken willen brengen.”

5.       Kies bewust voor methoden waarbij de ll. zelf moeten werken. 50 minuten aandachtig moeten luisteren is voor velen een zware opgave.

6.       Druk alle werkopdrachten positief uit.

7.       Gebruik negatieve aanwijzingen  enkel (waar nodig) als verduidelijking van een positief geformuleerde opdracht.

8.       Foutenanalyse met de ll. is belangrijk.

9.       Vraag je voordien af wat je les te bieden heeft aan de ll./klasgroep. Zie je zelf de zin of het nut ervan in?

10.   Neem tijdens de les regelmatig oogcontact met elke ll.:

- dit werkt preventief, ‘je houdt ze letterlijk in het oog’

- dit vergt ook meer durf van ll. om dan nog uit de band te springen

- je ziet sneller wat er gebeurde

- dit betekent aandacht voor de ll., dit werkt stimulerend

- je ‘ziet’ in hoeverre ll. mee zijn.

11.   Kom geconcentreerd en aandachtig het lokaal binnen voor de les en neem zo ook je klas rij mee. Toon dat je er zin in hebt, dat jij gemotiveerd bent. 
12. Durf aandacht vragen! 
13. Collegialiteit is belangrijk hierbij + je voorbeeldfunctie als lk. 
14. Geef je uitleg beknopt en duidelijk, en op niveau van je ll.. Zorg dat ze regelmatig kansen tot eigen inbreng krijgen. 
15. Overweeg je bewoordingen wanneer je ll. moet terechtwijzen. Vermijd nutteloze agressiviteit en vaandelvlucht. Hoe? Kijk ll. aan en laat merken dat je het negatieve gedrag hebt gezien. Eventueel laat je een stilte vallen (kort). Benoem het gedrag waarvoor je wilt terechtwijzen of negeer het en benoem juist het gedrag dat je verwacht.
16. Leer snel te onderscheiden welke betekenissen een vergrijp heeft in het klasverband. Hou daar rekening mee om al dan niet op te treden.

Wanneer je ervan uitgaat dat je op alles wat anders verloopt dan jij het zou willen, reageer met een terechtwijzing of sanctie, dan krijg je te maken met volgende problemen:

- je stoort zelf het vlotte les verloop 
- je merkt positieve zaken niet meer, je bent hier niet meer op gericht

- je verliest je eigen concentratie op de lesinhoud

- je geeft je leerlingen voortdurend prikken van frustratie

- de beste psychologie: ‘soms eens iets met de mantel der liefde bedekken’

- het vergt veel energie, dit is niet vol te houden, geeft stress! 
17. Besef dat in alle omstandigheden sereniteit beter overkomt bij ll. en je meer kans geeft om situaties in te schatten. Houd je hoofd er bij. Emotioneel reageren maakt je veel kwetsbaarder. Never attack in anger of voor je reageert, draai 3X je tong rond in de mond bv. “Goed… laten we na de les het er verder over hebben, maar nu gaan we eerst verder met…”. De kans op uitdoving van de emotionaliteit is groter. Je moet wel steeds kans bieden om er later op in te gaan.
18. Voel aan wanneer je klas toe is aan een rustpauze. Pauze inlassen is oké, maar blijf wel in het lokaal bij de leerlingen. 
19. Dreig niet met meer sancties dan je zinnens bent in daden om te zetten. Dreig ook niet met sancties die je niet hard kan maken. 
20. Wees duidelijk in je afspraken. Vanuit dienstbaarheid aan het geheel (klas of school). Niet als een vorm van zelfbevestiging (omdat het moet van de lk.). 
21. Reageer op zowel inbreuken op eigen afspraken als op het schoolreglement! 
22.  Meer haarden van opstandigheid: pak je best eerst de harde kern of de grote monden aan? Probeer de eerste haard van opstandigheid aan te pakken. 
23.  bemerk het goede in ll. en klassen, waardeer het met woorden. Waardering laat mensen groeien. 
24.  bemerk je eigen kwaliteiten als leraar en opvoeder, en laat ze je helpen je zwakkere kanten te versterken. Hopelijk bemerken anderen ook deze kwaliteiten en bevestigen zij je daarin. Ook directie moet aanmoedigend en versterkend optreden en niet enkel die ene keer zien dat je te laat in je klas belandt. 
25. Sta open voor positieve suggesties van collega’s. Je moet anderen niet na-apen, maar 2 ezels weten nog altijd meer dan 1.
26. . Voel je voor de klas als de schakel in een keten van vele collega’s. (Trek aan 1 lijn!)
27. Geloof dat je het kennen en kunnen van ll. ten goede kan beïnvloeden. 
28.  Geloof dat je aan elke ll. en klas iets te zeggen hebt. 
29. Vergeet deze regels NIET als je gezag ‘verworven’ hebt. Gezag moet je verdienen, elke dag.
Deze  tips zijn richtingaanwijzers. Elke lk. moet zich kunnen aanpassen en inspelen op wat er zich op dat moment aandient.Niet steeds uit dezelfde beperkte voorraad remediëringsmiddelen putten als deze niet werken (gedragsmatig), enkel de intensiteit ervan opdrijven. Alternatieven hebben om te gebruiken indien nodig.
"uit: "Pubers in de klas. Hoe blijf je hen baas - Eddy Van Mossevelde"
Bron: enhaned buzz.com

Reacties